Sportquiz

Hans en zijn vriend Guus dachten veel verstand te hebben van sport. “Hans je staat sip te kijken! Kom op Hans” Uit betrouwbare bron heb ik vernomen dat de quiz niet eerlijk is gespeeld! (Of was Hans in die tijd ook al niet verzot op verliezen en opgeven?)

Hans & Alcides

Hans Noorda,

Hebben we bij de Meppeler voetbalclub Alcides leren kennen als een betrokkenen en kundig trainer maar vooral als een sociaal en goed mens.

Na een( kortstondige) carrière als voetballer  werd Hans trainer bij de jeugd van Alcides en meestal van het team waar zijn zonen Mark en Sander in speelden. Dat waren meestal de tweede  teams(D2,C2,B2,A2 en later ook nog Alcides3).Het waren dus de iets minder getalenteerde spelers die hij onder zijn hoede nam. Maar hij vond dat ook die spelers een volwaardige trainer en training verdienden. Dat was Hans ten voeten uit;net zo goed als hij vaak de allochtone jongens en asielzoekers opving  waar ,door zijn aandacht deze jongens zich toch een beetje thuis voelden bij Alcides

Hans heeft hiermee wel een steen bij gedragen aan de groei en ontwikkeling van onze vereniging zoals die nu met 800 leden  bestaat.

Hans, we zullen je niet vergeten.

Jan W.Lijzen

Hans Noorda en zijn betekenis voor het voetbal

Ik heb Hans leren kennen toen onze beide zonen op voetbal gingen.voetbalteams B2

Hans werd trainer en ik de leider en dat hebben we behoorlijk lang volgehouden. Dat Hans trainer werd was natuurlijk logisch vanuit zijn voetbal verleden, ik deed het werk er om heen.

De jaren die volgden zijn bijzonder succesvol geworden.

Hans was bijzonder. Veeleisend voor zichzelf maar zeker ook voor zijn  omgeving.

Waarom was Hans zo anders dan andere trainers?

Hans had de gave om de jongens zo te motiveren dat ze boven zich zelf uitstegen. Hoe deed hij dat..

Omdat wij door de jaren heen vooral met 2e teams werkten ( er moet gezegd worden , dat zochten we ook wel op, Goliath tegen klein duimpje ), maakte hij de trainingen zo interessant dat de boys zelf moesten nadenken.

Hij maakte bepaalde jongens belangrijk. Wij hadden in die tijd veel te maken met Marokkaanse jongens, asielzoekers  en voetballers die tegen het 1e aan zaten.

Waarom lukte het Hans wel om deze jongens in het gareel te houden?

Welnu: door veel tijd en ook buiten de trainingen aandacht aan deze jongeren te geven. Dat resulteerde in soms huisbezoek, het leveren van extra sponsors, veel aandacht besteden aan randzaken en besprekingen in de commissiekamer.SAM_2587

Zo werd er wel elk jaar een team gekneed wat kon opboksten tegen de op papier betere teams. Dat resulteerde dat wij werden ingedeeld op 1e klasse en hoofdklasse niveau.

Wat het werken met Hans zo anders maakte onderscheidde zich in diverse zaken.

Ik noem er een paar: Het steunen van diverse goede doelen zoals War Child en  SmartKids en wekelijkse uitdraai van het blad “Het Driede” waarin het wel en wee van ons elftal vermeld stond.SAM_2593

Hier volgt nu als voorbeeld een verslag van de wedstrijd Steenwijkerwold 2 – Alcides 3 ( 16 september 2008)

Ik heb genoten van de achterhoede het eerste half uur. Steeds zoeken naar voetballende oplossingen. Steeds wee r goed aannemen (binnenkantje  voet ), kijken , terugleggen, keeper, gebruiken, opendraaien, andere kant zoeken , laag inspelen, binnenkantje voet! En ook als team waren we heel aardig aan het kantelen als de tegenstander de bal had. En in tegenstelling tot de 1e wedstrijd kregen we in deze fase ook wel kansjes.

Ok , het vinden van de van de voorhoede en het inspelen van het middenveld en de voorhoede gaat nog moeizaam. Dat is de volgende stap. We moeten niet alles tegelijkertijd willen….nederlaag maar onze opponenten waren  flink versterkt en wij verzwakt. Ik heb helemaal geen problemen met de uitslag. Ik heb nl  ook erg goede dingen gezien die ik tot nu toe minder zag. Opvallend is dat er wel allemaal emoties beginnen op te laaien. En geloof me, die emoties maken het er vooral lastiger op, dus blijf gewoon geconcentreerd en denk in moeilijke tijden vooral aan je eigen spel. In de praktijk spelen de grootste mopperaars vaak het slechts!! Die zijn ook al lang niet meer met het spel bezig!

Is het niet goed / helemaal niet inspelen van de achterhoede het probleem? Of het verkeerd (te vroeg, te laat, verkeerde plek) aanbieden van het middenveld? Of het niet bereikbaar zijn van voorhoedespelers (niet inde balbaan) ? Of zijn spelers te onzeker van zichzelf om strak en har in te spelen ( onvoldoende techniek, onvoldoende zelfvertrouwen, onvoldoende tactisch inzicht) ?  Of ligt het aan spelers die te graag, te vaak, te veel iemand moeten of willen passeren (ALTIJD een risico)? Of is het een kwestie van niveau (kwaliteitsverschil in de groep en tov de tegenstander.) Of is het combinatie van genoemde factoren?

DENK s goed na, jullie weten het zelf wel!

Zondag Pesse!  Gaan we de draad weer oppakken en gaan we onze eerste overwinning doen. Toch? We zijn een jong , onervaren team, we moeten elkaar de tijd geven om te ontwikkelen, om fouten te maken. Wie geen fouten durft te maken, gaat niet vooruit. We hebben de kwaliteit, maar we moeten wel hard blijven werken. En zoals jullie allemaal weten: pas als moeder de vrouw de sokken van haar man in de breipot doet, komen de echte kerels boven water!

Daarnaast vermeldde Hans een lijstje met beste speler van het jaar, met bijbehorende cijfers enz.enz.

Uiteindelijk had dit alles tot gevolg dat er elk jaar een team stond dat meedeed voor de eerste plekken. Een beetje trots was hij wel, met een 2e team opboksen tegen de 1e teams, klein duimpje tegen de grote reus. Zo stond hij ook in leven, als je in iets gelooft, dan kom je heel eind. Zijn filosofie.IMG_0035

Zo door de jaren heen ontstond er een innige vriendschap.  Aan een blik van verstandhouding hadden we genoeg. Aan het eind van zijn te korte leven had hij wel eens vragen.. zoals: “Wat zou er van die zwarte parels geworden zijn…hebben de jongens er wat van opgestoken?”

Ik kom nog regelmatig jongens tegen die vertellen van die oude tijden en zelfs van als ik jullie niet had gehad wat was er van mij terecht gekomen…  Hans, het is voor mij overduidelijk dat voor deze jongens niet geldt: uit het oog uit het hart!

Wij zullen ons  Hans herinneren als een warme en sociale man.

Hij had een hekel aan mensen die hun kwaliteiten verkwanselden . Hij was vooruitstrevend,  vernieuwend en belangstellend. Geld en macht vond hij totaal onbelangrijk.

André van Eisden

IMG_0090

De kleine generaal

Iedere trainer heeft zijn eigen bijnaam. We kennen allemaal De Generaal Rinus Michels, De IJzeren Tulp van Gaal, Don Leo Beenhakker. Alleen Dick Advocaat is niet origineel, want in mijn opinie is er maar één Kleine Generaal. En dat is toch echt Hans Noorda. Klein van stuk, groots van daden, een leider, een people manager.

Ergens rond mijn eerste middelbare school jaren maakte ik kennis met Hans, zijn oudste zoon Marc kwam bij mij voetballen in de jeugd. Een trainer was er nog niet voor dit elftal, maar dat wilde zijn vader wel doen. Zoals iedere club drijft op zijn vrijwilligers, was en is dit bij Mvv Alcides te Meppel niet anders, dus Hans werd met open armen ontvangen en een andere vader nam de rol van leider op zich, André van Eisden. Zie hier de geboorte van een bijzonder team, voor ons voetballers twee handen op één buik rondom de velden, privé werden het vrienden voor het leven. Hans nam al de voetbaltaken voor zijn rekening, André werd zoals gezegd leider maar ook grensrechter. Hans bemoeide zich niet met de taken van André en andersom gebeurde dat ook niet.

Hans had een wat andere aanpak dan de trainers die ik of wij kenden uit onze eerdere “carrière”, hierdoor moest hij zichtbaar aan ons wennen en wij aan hem. Want werden wij eerst geacht op te groeien tot allround voetballers, “je linkerbeen moet je ook ontwikkelen, we gaan onze loophouding verbeteren”, in de aanpak van Hans werd gekeken naar wat je goed kon. Want dat moet je immers ontwikkelen, dat zijn de wapens waar je mee moet strijden. Met andere woorden, doe geen dingen die je niet kunt. De één is gezegend met een ongekend killer instinct, de ander is niet zo’n jager maar heeft een begenadigde trap. Dus waarom dit niet combineren hield hij ons voor? Waarom verstuurt de man met de trap niet de beslissende pass in de diepte naar de man die nooit stopt met loeren op die ene kans en hem dan benut. We hoeven toch niet allemaal zo’n pass als Arnold Mühren te kunnen geven op Van Basten, of de daaruit volgende goal te kunnen maken? Want als Van Basten deze bal op Mühren had moeten geven was hij misschien wel niet eens aangekomen, of had Mühren hem misschien wel in de tweede ring van het stadion geschoten. In andere bewoordingen, we kregen een spiegel voorgehouden. Wat zijn je kwaliteiten, vind ze en bovenal benut ze. Door deze aanpak hadden we ineens de juiste poppetjes op de juiste plek staan in het veld. En daardoor kwamen de resultaten ook vanzelf. We streden het hele jaar mee in de bovenste regionen van de ranglijst. (ik kan me helaas niet meer herinneren of we nu uiteindelijk kampioen geworden zijn of niet.) Vanaf dat jaar kreeg ik bijna ieder seizoen Hans als trainer en eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat het een verademing was, ieder jaar weer. Grappen, grollen, slap ouwehoeren en scherpe humor voerden de boventoon, naast het voetbal natuurlijk. Ieder jaar waren het dezelfde mannen die het hart van het elftal vormden, dus de fundering werd hoe langer hoe steviger. Wij konden vertrouwen op Hans (en zijn vriend André), en wij probeerden dat vertrouwen iedere keer weer op gepaste wijze terug te betalen. Met winst, met strijd en met passie. Maar zoals ieder team verloren wij ook wel eens, waar Hans dan goed ziek van was, want vaak kwam dat niet doordat de tegenstander zo goed was, maar lag dat meer aan het feit dat wij dingen gingen doen waar we niet goed in waren, we probeerden kwaliteiten te gebruiken die we niet hadden. Maar als je met een elftal van opgroeiende mannen werkt dan heb je het niet altijd voor het zeggen. En ook dat wist Hans heel goed. Op de eerste training na de zaterdag werd het nog één keer aangehaald en dan was het klaar, de blik ging naar de komende wedstrijd.

 

Zo ging het een aantal seizoenen en zoals gezegd de fundering werd ouder en wijzer, maar ook wat zwaarder, want dat biertje in het weekend smaakte heerlijk naar mate we ouder werden. Hans paste zich  moeiteloos aan bij onze belevingswereld, immers wij werden zoals gezegd ouder en wijzer, we lazen de krant, we luisterden muziek,  persoonlijkheden werden gevormd. Dus we hadden het niet meer alleen over voetballen, maar ook over andere dagelijkse dingen. Het sociale aspect werd steeds belangrijker in ons team. En toen kwamen we in de A -Junioren. Wederom in het tweede elftal, A2. Wederom dezelfde koppen, alleen de eerste training van het seizoen stond er ineens een nieuwe jongen tussen op het veld, een vluchteling uit Guinee, Ibrahim. Iemand binnen Alcides had contacten bij het COA en er kwamen wat jongens in Meppel te wonen en deze wilden ook wel sporten. En zo geschiedde het dat wij dus op de eerste training met een Franstalige Afrikaan geconfronteerd werden. Hij kon niet communiceren met ons, maar met handen en vooral zijn voeten liet hij duidelijk merken wat hij wilde en vooral kon. Buiten het veld werd hij begeleidt door Hennie Seijdel, die Frans praatte, en haar man Toon. Hun zoon voetbalde al bij ons en ook zij hield zich bezig met jonge vluchtelingen in Meppel.

Hans, en wij ook trouwens, had al vrij snel gezien dat deze jongen gezegend was met een fantastische techniek. Deze man ging ons beter maken, dat stond vast. En het kwam er uit, doelpunten en bewegingen zoals wij Drentse jongens alleen op tv zagen. De grijns op het gelaat van Hans (en André ook trouwens) was er op wedstrijddagen alleen met een goede beitel af te krijgen. Met recht konden wij spreken van een tropische verrassing als wij uit speelden in de Noordoostpolder of in de kop van Overijssel en hij weer eens weergaloos een verdediger van pak hem beet Oldemarkt of Willemsoord het bos in stuurde. Na de wedstrijd was er een hand of een high five voor ons, maar Ibrahim kreeg een brede grijns, een ferme klop op de schouder en af en toe een omhelzing als wij weer eens een tegenstander aan de zegekar hadden gebonden door zijn goals. Hans had met zijn aanpak tot ons door weten te dringen en nu begon het ook zijn vruchten bij Ibrahim af te werpen. Hij leerde overspelen en samenspelen, maar bovenal kreeg hij alle lof en credits die hij verdiende en hierdoor kreeg hij er nog meer plezier in en begon hij samen met ons te lachen en ook om ons te lachen (staande naast Hans aan de rand van het veld kan ik me nog herinneren een keer) terwijl wij ons hoofd braken over, en af en toe bijna onze benen tijdens het uitvoeren van, zijn acties.  Hans gaf hem het gevoel dat hij ertoe deed, wat deze jongen misschien wel heel lang gemist had. Zonder afbreuk te doen aan de input van anderen buiten het voetbal om, Hans raakte de juiste snaar bij Ibrahim. Maak mensen belangrijk in de dingen die ze goed kunnen en ze groeien en blijven groeien. Als er één schaap over de dam is volgen er meer, en zo is was het bij ons ook. Jonge Afrikaanse jongens, sommige wees anderen gewezen (kind)soldaat maar allemaal met een verhaal, kwamen en bleven maar kwamen en gingen ook weer. En iedere jongen kreeg de aandacht die hij verdiende van Hans. Kon hij niet voetballen? Dan werd er een andere functie gecreëerd, elftalmanager of spreekbuis voor de Afrikaanse mannen. Maar dat was maar een enkeling, want ze konden eigenlijk allemaal voetballen en vooral doelpunten maken. Ze waren een ware plaag voor iedere verdediging. Wij werkten keihard voor deze mannen in het veld en zorgden ervoor dat wij als warm bad fungeerden voor hen die dat zo lang hadden moeten missen. En alles onder supervisie van Hans. Divide et Impera, verdeel de taken onder de juiste mannen en heers over iedere tegenstander. We hebben wat veldslagen uitgevochten overal op de velden. Ook veldslagen tegen de vooroordelen en dan vooral op voorhand, na de wedstrijd was een ieder vol lof over hoe dit was opgepakt in eerste instantie door de begeleiding gelijk gevolgd door ons.  Hoogtepunt in dit seizoen was de afsluitende barbecue waar onze keeper, Flori, zijn dankwoord uitsprak naar André die hem iedere zaterdag ophaalde en naar Hans en ons, wij waren de familie geworden die hij niet meer had.

Niet alleen de Afrikaanse jongens konden op zijn steun rekenen. Ook Hollandse jongens werd gewezen op de functie in het elftal en de verantwoordelijkheid die je krijgt als je deal uit maakt van een team. Er zijn jongens die hebben aangegeven dat het voetbal op zaterdag en de perfecte groep veel rust bracht in een verder turbulent leven. “Zonder Hans en A2 was het heel anders met mij afgelopen” zijn woorden die ik wel eens gehoord heb.

Na de junioren volgen automatisch de senioren, we waaierden allemaal uit of stopten met voetballen voor een tijdje. Ook Hans verliet Meppel en ging in Apeldoorn wonen. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan en toen het zwalkende derde elftal na een aantal jaren een inspirator nodig had, omdat het onderaan bungelde in hun klasse, was deze snel gevonden. “Mijn vader wil het wel weer doen” sprak Marc, ondertussen geflankeerd door zijn broer Sander, magische woorden, he still got the blues for us. Wederom begon het van voor af aan. Kneden, boetseren, spijkeren, timmeren, een pleister op den wonde hier en een aai over de bol daar en het zwalkende elftal lag weer op koers. We eindigden hoog in de middenmoot dat jaar. Perfect gemanaged door de immer vrolijke Hans, die weer kon doen wat hij misschien wel lang gemist had, werken met verschillende persoonlijkheden om er een team van te maken.

Sociaal bevlogen en immer opkomend voor mensen waar hij mee werkte in zijn dagelijkse leven, deed het goede doel  zijn intrede bij ons. Ieder seizoen was er een ander goed doel waar voor gespeeld werd. Ieder doelpunt leverde, via sponsoren, geld op voor bijvoorbeeld Duchenne. Aan het eind van ieder seizoen was er een mooi bedrag bij elkaar gevoetbald.

In de junioren was Hans al begonnen met het maken van Nieuwsbrieven. Hierin kregen spelers cijfers naar aanleiding van de gespeelde wedstrijd en statistieken werden bijgehouden. Spelers werden ook uitvoerig beschreven in begeleidende verhaaltjes en kregen bijnamen zoals Nelson “the Nightmare from Doosje” Seijdel. (Menig aanvaller wordt nog steeds zwetend wakker als ze van onze spijkerharde voorstopper dromen.) Ook werd er vooruit geblikt op komende tegenstanders. “Vandaag spelen we tegen Ruinen 2, ruinen zijn zoals jullie weten ontmande hengsten, wij hebben onze mannelijkheid nog wel, dus verwacht ik niet minder dan drie punten vandaag” of woorden van deze strekking.

Ik kan de loftrompet blijven steken en misschien wel een boek schrijven over de meest bijzondere en belangrijkste trainer die ik ooit heb gehad in mijn carrière als amateurvoetballer.  Het zijn stuk voor stuk allemaal dankbare en dierbare herinneringen aan een mooi persoon. Waarschijnlijk heb ik een heleboel vergeten te vermelden, maar ik heb vanuit mijn optiek een beeld geprobeerd te schetsen van iemand die met zoveel passie en belevenis met ons aan het werk was. Een people manager, die je niet veel meer ziet. Een trainer die mensen op sociaal vlak laat groeien en daardoor op het voetbalveld.

De Generaal Michels sprak ooit de wijze woorden; “Voetbal is oorlog”. Onze kleine Generaal kende deze woorden en zorgde dat zijn manschappen goed beslagen ten ijs kwamen.

Hans, bedankt, niet alleen namens mezelf, maar ik denk ook namens een heleboel andere jonge mannen voor alles wat je voor ons hebt gedaan.

Leo ten Veen